Verslag: Welke tactieken kunnen we inzetten voor een meer rechtvaardige en hoopvolle architectuur en stedenbouw?
Tactieken voor een feministische, meerstemmige architectuurpraktijk
Op maandag 21 oktober was architect-onderzoeker en filosoof Catherine Koekoek te gast bij PAF community. Ze was co-curator van de International Architecture Biennale Rotterdam (IABR) van 29 juni tot 13 oktober 2024. Ze deelde bij PAF haar bevindingen uit de Practice Place, een plek waar tijdens IABR tactieken voor een meerstemmige architectuurpraktijk uitgewisseld werden. Nadien stelde PAF haar eerste eigen publicatie voor: ‘Kunnen we het maken?’, een gids met bouwstenen voor een feministische architectuurpraktijk.
Met ‘Nature of Hope’ als centrale thema ging de IABR deze editie op zoek naar een ecologische en rechtvaardige architectuurpraktijk. Hoe gaan we als architecten en ontwerpers om met de materialen, de bodem, de omgeving, de mensen met wie we samenwerken? Die vragen vormden de rode draad van de 11 de editie van de Biennale.
“Als ontwerpers zijn we goed in het creëren van een mooi toekomstbeeld”, stelde Catherine Koekoek. “Maar wat hebben we concreet nodig om dat beeld te realiseren?”. De Practice Place was tijdens de IABR de plek waar die praktische vertaling plaatsvond. “Een ruimte voor intimiteit en professionele verhalen: er kwamen heel wat mensen uit de praktijk samen die tactieken uitwisselden en verhalen deelden.”
Tekst: Emilie Lachaert
Foto’s: Tatjana Huong Henderieckx
Van lokale kennis naar professionele praktijk
Catherine Koekoek begon de PAF-avond met een story circle, waarbij iedereen in de community tegelijk luidop een zin of woord uitsprak over een feministisch moment uit haar/zijn praktijk. Nadien deelde ze verschillende inzichten uit de Practice Place met PAF. Zo stelde ze dat de (lokale) kennis er vaak al is, maar dat het een kwestie is van die te vertalen naar de professionele praktijk. Ze had het over de proteststrategieën en DIY approach van de Nederlandse ontwikkelingspsychologe Joke van der Zwaard. En ze toonde het project van Resolve Collective ‘Everybody gets a car’, een initiatief dat toont hoe hergebruik en herverdeling op lokaal vlak kunnen werken.
Nieuwe jobtitels en het belang van organisatie
Daarnaast had ze het over de nieuwe jobtitels die betekenisvol kunnen zijn in een feministische praktijk, zoals de bestuiver, de hoeder, de vertaler, de versterker en de weigeraar. En ze benadrukte het belang om zich te verenigen en te organiseren: alert blijven, machtstructuren bevragen, je niet neerleggen bij een status quo … Ook het vieren van overwinningen en het creëren van leuke bijeenkomsten werden hierbij als belangrijke elementen aangehaald
Weigeren als tactiek?
Evelien Pieters, oprichtster van PAF, stelde na Koekoeks presentatie enkele vragen om dieper in de feministische strategieën te duiken. Zo vroeg ze zich af welke tactieken we nodig hebben om in te breken op de bestaande machtstructuren. Catherine Koekoek haalde Bonnie Honigs ‘A Feminist Theory of Refusal’ aan. Die maakte een feministische herinterpretatie van Euripides’ Bacchae. Daarin trekken de vrouwen weg uit de stad en stichtten ze een eigen alternatieve gemeenschap in de bergen. “Het wegtrekken kan gezien worden als een tactiek. De vrouwen trekken uit de stad en gaan daarna zichzelf herclaimen. De allianties die ze hierbij aangaan zijn van belang”, aldus Koekoek.
Evelien Pieters maakte de vergelijking met vrouwelijke architecten die wegtrekken uit de ontwerppraktijk, omdat ze het niet eens zijn met hoe bureaus gerund worden. “Als je stopt bij het weigeren en uit de praktijk stappen, hoe kan je dan verandering teweegbrengen?”, vroeg ze zich wel af. Koekoek repliceerde: “Zelf heb ik ook de praktijk verlaten, ik ben de feministische architectuurpodcast ‘Respons’ gestart en werd er zo terug in gezogen. Het verlaten is één tactiek, maar er zijn ook andere tactieken.”
Andere rollen met impact
De vrouwelijke architecten die de ontwerppraktijk verlaten, nemen vaak andere rollen op in architectuur. Die rollen hebben soms ook veel impact, vulde Pieters aan. De rol die Koekoek nu opneemt als host van de podcast ‘Respons’, co-curator van IABDR en architect-onderzoeker is daar het uitgelezen voorbeeld van. Zelf omschrijft ze die rol als ‘amplifier’(versterker).
Pieters wierp verder nog enkele vragen op over het belang van kleine initiatieven versus de groei en het opschalen van initiatieven. Volgens Koekoek hebben beide hun plaats in de feministische praktijk en kunnen ze aanvullend zijn. Daarnaast had Koekoek het nog over de waarde van mentorschapcirkels. “Ervaringen delen is waardevol.” Evelien Pieters vulde aan dat het eveneens interessant en praktisch kan zijn om tactieken uit te wisselen tussen verschillende generaties.
Bouwstenen voor een feministische praktijk
“Nadenken over de kleine dingen die je nu zélf kan doen, sluit mooi aan bij de bouwstenen voor een feministische praktijk die wij opnamen in onze gids ‘Kunnen we het maken?’”, stelde Pieters. En zo luidde ze het tweede deel van de PAF-avond in. De drie auteurs van het boek ‘Kunnen wij het maken? Bouwstenen voor een feministische architectuurpraktijk’ lazen een stukje voor. In dat boek brengt PAF 33 concepten en tactieken samen die kwamen bovendrijven tijdens 1,5 jaar van gesprekken in de PAF community. Erinn De Waele had het over de feminist killjoy, Bart Tritsmans las het lemma over mannelijkheid en Evelien Pieters belichtte de feminist toolkit.
Het belang van ‘waarom’ en ‘dichtbij’
Nadien ging de community in kleine groepjes met elkaar in gesprek over de bouwstenen die ze zélf al inzetten voor een meer gelijkwaardige en inclusieve sector. Uit die gesprekken kwamen nog heel wat interessante inzichten. Het belang van dingen bevragen werd aangehaald. De ‘waarom’-vraag bleek hierbij cruciaal. Iemand anders had het over het ‘dichtbij’-principe dat in haar job en leven als rode draad fungeerde: dichtbij werken in de eigen wijk, materialen van het ene naar het andere project verhuizen, nabijheid in die dubbele rol van moeder en architect, …
Ook het belang van concrete acties kwam aan bod. Wie te theoretisch en high brow te werk gaat, verliest de voeling met kwetsbare groepen in de maatschappij en blijft te veel in z’n eigen bubbel. Een docent gaf ten slotte nog aan dat het belangrijk is om zaadjes te planten bij studenten architectuur. Misschien waaien die in eerste instantie over de hoofden van de studenten heen, maar ze kunnen uiteindelijk wel tot een transformatie leiden. En zo blijft de meerstemmige architectuurpraktijk groeien.
Het boekje ‘Kunnen wij het maken?’ kan je via onze website bestellen!